“Het lukt me nietIk kan het nietHoe hard ik ook probeerElk signaal dat binnenkomtIeder geluid doet zeerMijn hoofd loopt overLijf zit vastDe wereld is teveelLaat me even op mezelfGeef me even stil”
Via onze zintuigen ontvangen we de hele dag door prikkels. Deze prikkels dienen door ons brein verwerkt en geïnterpreteerd te worden om zo tot een reactie te leiden.
Indien onze prikkelverwerking niet optimaal verloopt, dan kunnen er problemen ontstaan in ons dagelijkse leven. Deze problemen kunnen zich op veel verschillende manieren uiten. Iemand kan bijvoorbeeld snel overstuur of overprikkeld raken, zonder een (voor anderen) aanwijsbare reden. Daarnaast heeft onze prikkelverwerking ook een grote impact op ons concentratievermogen en onze motoriek.
Nog anderen gaan bepaalde prikkels vermijden en kunnen op die manier niet deelnemen aan bepaalde activiteiten. De problemen kunnen zich ook uiten onder de vorm van angst of agressie, onrust of onverschilligheid.
Wat als het misloopt?
Door observaties, genormeerde vragenlijsten en eventueel een aantal tests kunnen we nagaan of een kind problemen heeft met de sensorische informatieverwerking. Bovendien is het nooit te laat om hulp te zoeken, ook oudere kinderen en volwassenen kunnen nog geholpen worden.
Kinderen, jongeren en volwassenen die hoogbegaafd of hoogsensitief zijn of die een diagnose AD(H)D, autisme hebben, ervaren daarnaast vaak ook moeilijkheden met sensorische informatieverwerking. Een onderzoek naar de manier van prikkelverwerking in de verschillende zintuigsystemen kan bij hen zeer zinvol zijn om hun dagelijks leven zo optimaal mogelijk te laten verlopen.
Indicaties voor sensorische informatieverwerkingsmoeilijkheden:
- Het kind is zeer gevoelig bij het kammen van de haren of het wassen van zijn/haar gezicht- Het kind of de jongere reageert negatief op aanrakingen- Misselijkheid bij het autorijden- Angst bij bewegen, draaien of vallen- Het vermijden van activiteiten waarbij evenwicht van belang is- Onhandig zijn, voornamelijk bij nieuwe activiteiten- Vaak vallen of zich regelmatig stoten- Het kind is constant in beweging- Het kind kan zijn of haar kracht niet goed doseren- Angst wanneer de voeten de grond niet meer raken- Erg slordig eten- Het kind neemt grote risico’s tijdens spel / lijkt nergens bang van te zijn- Het kind of de jongere verdraagt veter stevige aanrakingen met veel druk, dan een zachte aanraking- Ernstig geïrriteerd raken bij aan- en uitkleden of persoonlijke verzorging- Slaap- en eetproblemen- Moeite met springen en huppelen terwijl er motorisch niets aan de hand lijkt- Bepaalde stoffen niet kunnen verdragen- Altijd lange mouwen willen dragen- Weglopen als het geknuffeld gaat worden- Moeilijkheden met concentratie en focussen- Extreem boos worden bij bepaalde activiteiten- …